Vanuit nationale en EU regelgeving is er voor pluimveehouders een monitoringsverplichting op verschillende dierziekten. Op deze manier wordt de gezondheid van pluimvee nauwkeurig gemonitord. In het bestandenblok op deze webpagina vindt u de monitoringsschema’s voor de eier- en vleessector. In dit schema vindt u per sector en per ziekte:
- Moment van monstername
- Type monster
- Aantal monsters
- Monsternemer
- Type onderzoek
In Nederland leven we samen met veel mensen en dieren op een klein oppervlak. Daarom is het belangrijk om een systeem te hebben dat nauwkeurig is en altijd de gezondheid van dieren in Nederland in de gaten houdt. De pluimveesector en de overheid hebben samen met Gezondheidsdienst voor Dieren (GD) de diergezondheidsmonitoring opgezet. Deze monitor heeft tot doel belangrijke en opvallende zaken van diergezondheidsproblemen zo vroeg mogelijk te signaleren.
Proces monstername AI en NCD
U bent als pluimveehouder verplicht om deel te nemen aan het monstername programma van Vogelgriep (AI) en Newcastle Disease (NCD). Om voor u overzichtelijk te maken welke stappen er in het proces zijn hebben wij een infographic gemaakt die het proces in stappen weergeeft. U kunt de infographic onderaan deze pagina downloaden.
Schema monitoring vleessector
Leeftijd/moment monstername | Aantal monsters per stal (tenzij anders aangegeven) | Onderzoek | Monsternemer |
Eerste drie levensdagen | 40 stukken inlegvel per vrachtwagen/aanhanger1 | Zoönotische salmonella’sA | Veehouder |
4 weken leeftijd | 5 paar overschoentjes2 | Zoönotische salmonella’sA | Veehouder |
2 weken voor overplaatsing3 | 5 paar overschoentjes2 | Zoönotische salmonella’sA | Veehouder |
16 weken leeftijd | 60 bloedmonsters | M.g. | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Vanaf 15 weken leeftijd | min. 30 bloedmonsters per koppel4 | AI | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
70 dagen na uitkomen tenzij iedere 6 weken gevaccineerd met levend vaccin6 | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Binnen 6 weken na vaccinatie met geïnactiveerd vaccin7 | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Binnen 20 dagen voor overplaatsen8 | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Leeftijd/moment monstername | Aantal monsters per stal (tenzij anders aangegeven) | Onderzoek | Monsternemer |
Bij aanvang productieperiode9 | 60 bloedmonsters | S.P./S.G. | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Binnen 2 weken na verplaatsen/aanvang leg en vervolgens iedere 3 weken | 5 paar overschoentjes2 | Zoönotische salmonella’sA | Veehouder |
2x per ronde10 | 5 paar overschoentjes2 | Zoönotische salmonella’sA | Bevoegde autoriteit |
Bij aanvang productieperiode9 en vervolgens iedere 90 dagen | 60 bloedmonsters | M.g. | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
1x per jaar11 | min. 30 bloedmonsters per bedrijf (min. 5 per stal)5 | AI | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
40-48 weken leeftijd | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
70-75 weken leeftijd | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Leeftijd/moment monstername | Aantal monsters per stal (tenzij anders aangegeven) | Onderzoek | Monsternemer |
Eerste drie levensdagen | 40 stukken inlegvel per vrachtwagen/aanhanger1 | Zoönotische salmonella’sA | Veehouder |
4 weken leeftijd | 5 paar overschoentjes2 | Zoönotische salmonella’sA | Veehouder |
2 weken voor overplaatsing3 | 5 paar overschoentjes2 | Zoönotische salmonella’sA | Veehouder |
16 weken leeftijd | 60 bloedmonsters | M.g. | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Vanaf 15 weken leeftijd | min. 30 bloedmonsters per koppel4 | AI | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
70 dagen na uitkomen tenzij iedere 6 weken gevaccineerd met levend vaccin6 | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Binnen 6 weken na vaccinatie met geïnactiveerd vaccin7 | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Binnen 20 dagen voor overplaatsen8 | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Leeftijd/moment monstername | Aantal monsters per stal (tenzij anders aangegeven) | Onderzoek | Monsternemer |
Bij aanvang productieperiode9 | 60 bloedmonsters | S.P./S.G. | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Binnen 2 weken na verplaatsen/aanvang leg en vervolgens iedere 3 weken | 5 paar overschoentjes2 | Zoönotische salmonella’sA | Veehouder |
2x per ronde10 | 5 paar overschoentjes2 | Zoönotische salmonella’sA | Bevoegde autoriteit |
Bij aanvang productieperiode9 en vervolgens iedere 90 dagen | 60 bloedmonsters | M.g. | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
1x per jaar11 | min. 30 bloedmonsters per bedrijf (min. 5 per stal)5 | AI | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
40-48 weken leeftijd | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
70-75 weken leeftijd | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Leeftijd/moment monstername | Aantal monsters per stal (tenzij anders aangegeven) | Onderzoek | Monsternemer |
Eerste drie levensdagen | 40 stukken inlegvel per vrachtwagen/aanhanger1 | Zoönotische salmonella’sA | Veehouder |
Max. 21 dagen voor slachtdatum | 2 paar ovenschoentjes12 | Zoönotische salmonella’sA | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
1x per jaar13 | 3 paar ovenschoentjes12 | Zoönotische salmonella’sA | Bevoegde autoriteit |
4-6 weken leeftijd | min. 30 bloedmonsters per bedrijf (min. 5 per stal)5 | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
70 dagen na uitkomen tenzij iedere 6 weken gevaccineerd met levend vaccin6 | min. 30 bloedmonsters per bedrijf (min. 5 per stal)5 | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
1x per jaar14 | min. 30 bloedmonsters per bedrijf (min. 5 per stal)5 | AI | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
1x per kwartaal bij uitloop | min. 30 bloedmonsters per bedrijf (min. 5 per stal)15 | AI | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Leeftijd/moment monstername | Aantal monsters per stal (tenzij anders aangegeven) | Onderzoek | Monsternemer |
Max. 21 dagen voor slachtdatum | 2 paar ovenschoentjes12 | Zoönotische salmonella’sB | Veehouder |
1x per jaar10,13 | 3 paar ovenschoentjes12 | Zoönotische salmonella’sB | Bevoegde autoriteit |
1x per ronde16 | min. 30 bloedmonsters per bedrijf (min. 5 per stal)5 | AI | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Vanaf 13 weken leeftijd en 20 dagen voor overplaatsen | min. 30 bloedmonsters per bedrijf (min. 5 per stal)5 | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Max. 21 dagen voor slachtdatum | min. 24 bloedmonsters per koppel | M.g. | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Leeftijd/moment monstername | Aantal monsters per stal (tenzij anders aangegeven) | Onderzoek | Monsternemer |
1x per jaar | 40 bloedmonsters per bedrijf (verdeeld over het aantal stallen met een min. van 5 monsters per stal) | AI | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Schema monitoring legsector
Leeftijd/moment monstername | Aantal monsters per stal (tenzij anders aangegeven) | Onderzoek | Monsternemer |
Eerste 3 levensdagen | 40 stukken inlegvel per vrachtwagen/aanhanger1 | Zoönotische salmonella’sA | Veehouder |
4 weken leeftijd | 5 paar overschoentjes2 | Zoönotische salmonella’sA | Veehouder |
2 weken voor overplaatsing3 | 5 paar overschoentjes2 | Zoönotische salmonella’sA | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
16 weken leeftijd | 60 bloedmonsters | M.g. | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Vanaf 15 weken leeftijd | min. 30 bloedmonsters per koppel4 | AI | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
70 dagen na uitkomen tenzij iedere 6 weken gevaccineerd met levend vaccin6 | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Binnen 6 weken na vaccinatie met geïnactiveerd vaccin7 | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Binnen 20 dagen voor overplaatsen8 | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Leeftijd/moment monstername | Aantal monsters per stal (tenzij anders aangegeven) | Onderzoek | Monsternemer |
Bij aanvang productieperiode9 | 60 bloedmonsters | S.P./S.G. | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Binnen 2 weken na verplaatsen/aanvang leg en vervolgens iedere 3 weken | 5 paar overschoentjes2 | Zoönotische salmonella’sA | Veehouder |
2x per ronde10 | 5 paar overschoentjes2 | Zoönotische salmonella’sA | Bevoegde autoriteit (aangewezen door de NVWA) |
Bij aanvang productieperiode9 en vervolgens iedere 90 dagen | 60 bloedmonsters | M.g. | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
1x per jaar11 | min. 30 bloedmonsters per bedrijf (min. 5 per stal)5 | AI | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
40-48 weken leeftijd | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
70-75 weken leeftijd | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Leeftijd/moment monstername | Aantal monsters per stal (tenzij anders aangegeven) | Onderzoek | Monsternemer |
Bij aanvang productieperiode9 | 60 bloedmonsters | S.P./S.G. | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Binnen 2 weken na verplaatsen/aanvang leg en vervolgens iedere 3 weken | 5 paar overschoentjes2 | Zoönotische salmonella’sA | Veehouder |
2x per ronde10 | 5 paar overschoentjes2 | Zoönotische salmonella’sA | Bevoegde autoriteit (aangewezen door de NVWA) |
Bij aanvang productieperiode9 en vervolgens iedere 90 dagen | 60 bloedmonsters | M.g. | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
1x per jaar11 | min. 30 bloedmonsters per bedrijf (min. 5 per stal)5 | AI | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
40-48 weken leeftijd | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
70-75 weken leeftijd | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Leeftijd/moment monstername | Aantal monsters per stal (tenzij anders aangegeven) | Onderzoek | Monsternemer |
Eerste 3 levensdagen | 40 stukken inlegvel per vrachtwagen/aanhanger1 | Zoönotische salmonella’sB | Veehouder |
3 weken voor overplaatsen | 24 bloedmonsters | M.g. | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Vanaf 8 weken leeftijd | min. 30 bloedmonsters per koppel4 | AI | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
70 dagen na uitkomen tenzij iedere 6 weken gevaccineerd met levend vaccin6 | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Binnen 6 weken na vaccinatie met geïnactiveerd vaccin7 | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Binnen 20 dagen voor overplaatsen8 | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
2 weken voor overplaatsen | 2 paar ovenschoentjes17 | Zoönotische salmonella’sB | Veehouder |
Leeftijd/moment monstername | Aantal monsters per stal (tenzij anders aangegeven) | Onderzoek | Monsternemer |
22-26 weken leeftijd en daarna iedere 15 weken | 2 paar ovenschoentjes17 | Zoönotische salmonella’sB | Veehouder |
1x per jaar van 1 stal per bedrijf10,18 | 3 paar ovenschoentjes17,19 | Zoönotische salmonella’sB | Bevoegde autoriteit (aangewezen door de NVWA) |
Max. 21 dagen voor slachtdatum | 2 paar ovenschoentjes17 | Zoönotische salmonella’sB | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
1x per jaar11 | min. 30 bloedmonsters per bedrijf (min. 5 per stal)5 | AI | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
1x per kwartaal bij uitloop | min. 30 bloedmonsters per bedrijf (min. 5 per stal)15 | AI | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
9 weken voor slacht | 10 bloedmonsters | M.g. | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
90-95 weken leeftijd | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Binnen 9 weken voor slacht | min. 30 bloedmonsters | NCD | Dierenarts of dierenartsassistent paraveterinair |
Legenda
1 Genomen uit de onderste kratten, containers of dozen, samengevoegd tot een verzamelmonster.
2 Overschoentjes in 2 pools of 150 blindedarmmest- of cloacamonsters (samengevoegd tot 6 verzamelmonsters van 25 monsters). 3 Voor overplaatsing naar een bedrijf waar ze als vermeerderingsdier of leghen worden gehouden of voor overgang naar de legfase. 4 Groep dieren met dezelfde gezondheidsstatus die in dezelfde stal of binnen dezelfde ruimte worden geplaatst of gehouden en die een epidemiologische eenheid vormen (koppel = stal). 5 Evenredig verdeeld naar het aantal dieren per stal. 6 Tenzij iedere 6 weken door een dierenarts gevaccineerd met levende entstof door middel van spray of aërosol. 7 Vaccinatie met geïnactiveerd vaccin dient te worden uitgevoerd binnen 22 weken na uitkomen. 8 Voor zover het koppel op de dag van verplaatsen 28 dagen of ouder is. 9 Bij aanvang van iedere productieperiode van het koppel. 10 Deze monstername mag de reguliere monstername door de veehouder vervangen. 11 Op een leeftijd van minimaal 45 weken. 12 Samengevoegd tot een verzamelmonster. 13 Per bedrijf met minstens 1.000 leghennen. 14 Bij stallen met kooihuisvesting dient 3 keer 150 gram mest te worden verzameld. 15 Gelijkmatig verdeeld over de stallen, ook eventuele niet-uitloopstallen 16 Op een leeftijd van minimaal 18 weken, tenzij alleen hennen aanwezig zijn op het bedrijf, dan op een leeftijd van minimaal 13 weken. 17 Samengevoegd tot een verzamelmonster, bij stallen met kooihuisvesting dient 2 keer 150 gram mest (1 poolmonster) te worden verzameld. 18 Per bedrijf met minstens 1.000 leghennen. 19 Bij stallen met kooihuisvesting dient 3 keer 150 gram mest te worden verzameld. A S.E., S.T., S.H., S.I., S.V., (S.J.) B S.E., S.T., overige salmonella’s AI aviaire influenza M.g. Mycoplasma gallisepticum NCD Newcastle Disease S.P./S.G. Salmonella Pullorum/Gallinarum S.E., S.T., S.H., S.I., S.V., (S.J.) Salmonella Enteritidis, Salmonella Typhimurium (ook monofasisch), Salmonella Hadar, Salmonella Infantis, Salmonella Virchow, (Salmonella Java) |
Meer informatie
Per kwartaal wordt door GD een nieuwsbrief met actualiteiten vanuit de diergezondheidsmonitoring, genaamd Veekijkernieuws, uitgegeven. U kunt de Veekijkernieuws op de website van de GD vinden, en u daar ook abonneren. Op dezelfde webpagina kunt u ook de halfjaar en jaarrapportages van de Monitoring Diergezondheid vinden. De GD voert haar monitoringsrol uit met financiering van het pluimveebedrijfsleven, dit wordt gefinancierd via het diergezondheidsfonds (DGF) en door het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV). Meer informatie over ‘Monitoring Diergezondheid Pluimvee’ vindt u hier.