Nieuws

Afvoermogelijkheden gebied Idsegahuizum en risicobeoordeling vogelgriep (3 februari 2025)

Belangrijke informatie omtrent vogelgriep: Afvoermogelijkheden beperkingsgebied Isdegahuizum, beoordeling risico vogelgriep voor pluimveebedrijven en voor de mens, intensiveringsplan preventie vogelgriep LVVN.

Vogelgriep vastgesteld bij legbedrijf in Idsegahuizum (30 januari 2025)

Het ministerie van LVVN meldt dat in Idsegahuizum (gemeente Súdwest-Fryslân, provincie Friesland) vogelgriep is vastgesteld op een legbedrijf.

Jaarplannen en deelnemersbijdrage IKB PSB 2025

De deelnemersbijdrage in 2025 blijft gelijk Dit heeft het AVINED-bestuur op 29 november 2024 besloten. Met de huidige begroting en hoogte van de deelnemersbijdrage kunnen we invulling geven aan de plannen in het jaarplan 2025. De deelnemersbijdrage 2025 bedraagt  €750,- (excl. BTW) per certificaat. Een stijging van de bijdrage in verband met de gestegen kosten

Meer nieuws

Avined

Stichting AVINED heeft als missie om met een efficiënte dienstverlening de huidige duurzame en robuuste marktpositie van de Nederlandse pluimveesector verder te versterken.

Lees meer

Peesschedeontsteking door reovirus een tweeledige oplossing: maternale bescherming én goede R&O

22 april 2020

Sinds 2011 wordt peesschedeontsteking door reovirus steeds vaker vastgesteld bij vleeskuikens. De gevolgen van zo’n infectie kunnen groot zijn. Daarom is het belangrijk om te weten welke factoren bijdragen aan de ziekte. Gebrek aan goede bedrijfshygiëne en onvoldoende maternale bescherming via de moederdieren zijn twee bekende factoren die de ernst van de ziekte bepalen. Uit praktijkonderzoek van GD blijkt dat de oplossing voor peesschedeontsteking door reovirus tweeledig is: verbetering van de maternale bescherming op vermeerderingsbedrijven én goede R&O op het vleeskuikenbedrijf.

Peesschedeontsteking is de meest bekende aandoening die een ziekmakend reovirus kan veroorzaken. Deze ontsteking ontstaat als jonge, gevoelige kuikens met een ziekteverwekkend reovirus geïnfecteerd raken. Naast het voorkomen van besmetting op jonge leeftijd is bescherming door maternale antilichamen de belangrijkste maatregel om zichtbare problemen te voorkomen. Maternale antilichamen zijn afweerstoffen die van moederdier op vleeskuiken worden doorgegeven. Daarvoor is het nodig dat de moederdieren zelf antistoffen hebben door vaccinatie en/of infectie. De pluimveesector vraagt zich af: ‘wat is de relatie tussen de reovirusstatus en de mate van afweerstoffen bij moederdieren en peesschedeontsteking door reovirus bij de vleeskuikens’? Onderzoek om deze vragen te beantwoorden is gefinancierd door de pluimveesector via de onderzoeksbijdrage.

Tweeledige oplossing: maternale bescherming én goede R&O

Uit het onderzoek blijkt dat zowel op vermeerderingsbedrijven als op vleeskuikenbedrijven verbetering mogelijk is. De maternale bescherming kan beter, maar biedt geen volledige oplossing. Daarom zijn ook goede reiniging, ontsmetting en bedrijfshygiëne van belang om de kans op insleep en dus reovirusinfecties in de eerste levensweken van vleeskuikens te verminderen.

De belangrijkste conclusies uit het onderzoek zijn:

  1. Een lage reovirustiter bij moederdieren leidt tot een minder goede maternale bescherming bij vleeskuikens. Dit verhoogt het risico op een ernstige verloop van de ziekte.
  2. De hoogte van de afweerstoffen aan het begin van de productieperiode verschilt sterk tussen de moederdierkoppels.
  3. Tijdens de productieperiode dalen de antilichamen bij moederdierenkoppels met ongeveer drie tot vier titergroepen. Hierdoor neemt de maternale bescherming die meegegeven wordt aan de kuikens af, tenzij het moederdierenkoppel een infectie doormaakt.
  4. Horizontale verspreiding -insleep op het vleeskuikenbedrijf- van reovirus lijkt de meest voorkomende besmettingsroute van het virus, al kon verticale besmetting – van moederdier op vleeskuiken – niet altijd worden uitgesloten. Per geval moet gekeken worden of verticale overdracht een rol speelt.
  5. Reiniging en ontsmetting gericht op virussen en een goede bedrijfshygiëne kunnen blootstelling in de eerste levensweken aan reovirus verminderen. Als infectie dan op latere leeftijd plaatsvindt, kan de economische en welzijnsschade worden beperkt.

Vervolgonderzoek

Mogelijk kan voor een deel van de moederdierkoppels de vaccinatietiter worden verbeterd, maar waar ligt eigenlijk de optimale maternale bescherming en hoe zit het precies met die nieuwe virussen die we zien komen en gaan? Om deze vragen te kunnen beantwoorden, onderzoekt GD de mate van maternale bescherming bij verschillende antilichaamtiters en kruisbescherming met de verschillende varianten. Dit aanvullend meerjarig praktijkonderzoek is al gestart. Ook dit onderzoek wordt gefinancierd door de pluimveesector via de onderzoeksbijdrage.

Lees hier meer over veterinaire praktijkonderzoeken, gefinancierd door de pluimveesector via de onderzoeksbijdrage. Lees op de website van GD meer over het reovirus.