Colibacillose is een aandoening die wereldwijd vaak voorkomt bij bedrijfspluimvee. De belangrijkste vorm van deze aandoening vanuit ziektekundig, economisch en welzijnsperspectief bij leggende hennen is het Escherichia coli-peritonitissyndroom (EPS). In de praktijk wordt aangegeven dat histomonas-infecties leiden tot een verhoogde kans op het optreden van EPS. Maar is dit wel zo? Er is geen relatie tussen klinische histomonosis en EPS, concludeert dit onderzoek.
Bij twee koppels (waar eerder Histomonosis werd vastgesteld bij ten minste één dier) werd onderzoek gedaan naar de relatie tussen EPS en klinische Histomonosis. Elk koppel werd gehuisvest op een ander bedrijf. De daguitval van drie verschillende dagen werd verzameld en onderzocht met tussenpauzes van 5 tot 12 weken. Het betrof meerdere inzendingen per bedrijf.
Geen relatie aangetoond
Op basis van de onderzochte koppels in dit onderzoek is er geen relatie aangetoond tussen klinische histomonosis en EPS. Hoewel twee koppels weinig is om conclusies te trekken voor de gehele pluimveehouderij, komen deze bevindingen overeen met de resultaten van eerdere studies. In deze studies is aangetoond dat EPS frequent voorkomt in het veld zonder andere aandoeningen. Bovendien is in een uitgebreide dierstudie vast komen te staan dat EPS door specifieke zeer virulente E. coli-stammen wordt veroorzaakt. Tot slot onderzoek naar een mogelijke relatie tussen subklinische histomonosis en EPS is in de praktijk niet mogelijk, omdat vrijwel alle pluimvee besmet is met histomonas. Dit type onderzoek kan alleen onder experimentele omstandigheden worden uitgevoerd.
Meer informatie
Dit veterinair praktijkonderzoek maakte deel uit van het onderzoeks- en innovatieprogramma 2021 van de pluimveesector. Dit programma wordt gecoördineerd door AVINED en gefinancierd door de pluimveesector. Lees hier meer over veterinaire praktijkonderzoeken van de pluimveesector.